Persbericht

Raad van de Ministers van Buitenlandse Zaken van 16 mei: conclusies

Oorlog in Oekraïne

De Raad heeft de situatie in Oekraïne opnieuw geëvalueerd,  onder meer in aanwezigheid van de Oekraïense minister van Buitenlandse Zaken Dmytro Kuleba. België heeft nogmaals zijn steun betuigd aan OekraÏne en zijn respect betoond voor de moed waarmee de Oekraïense bevolking nu al bijna drie maanden lang weerstand biedt tegen de Russische agressie. Ons land vangt intussen ongeveer 40.000 Oekraïense vluchtelingen op, en biedt ruime steun op humanitair, militair en diplomatiek vlak.

Voor België is voedselzekerheid een prioritair aandachtspunt. Ons land verwelkomt dan ook  de voorstellen van de Europese Commissie om Oekraïne via zogenaamde solidariteitsroutes te helpen z’n graan en andere landbouwproducten het land uit te krijgen, ondanks de Russische blokkade van de havens. “België is van mening dat de EU en haar lidstaten gebruik moeten maken van alle instrumenten die ter beschikking zijn om Oekraïne te helpen z’n producten te produceren en te exporteren, vooral op vlak van landbouw. Niet alleen in het belang van de Oekraïense bevolking, maar ook om de negatieve gevolgen van de oorlog op de prijzen en de voedselzekerheid te beperken – in eigen land en voor onze partners in andere werelddelen”, aldus minister Clarinval.

Wat sancties betreft, steunt ons land de algemene aanpak van de Commissie om een rem te zetten op de Russische oorlogsinspanningen. België pleit voor de aanname van een zesde sanctiepakket. Elk nieuw voorstel voor sancties moet op transparante wijze en in de eerste plaats onder de 27 lidstaten worden besproken, en het is belangrijk dat deze sancties langere tijd vol te houden zijn en dat ze Rusland harder treffen dan de EU.

Gezien straffeloosheid voor België van het grootste belang is, is ons land dan ook van mening dat alles in het werk moet worden gesteld om ervoor te zorgen dat de verschillende initiatieven, alsook de hulp die de EU daaraan kan bieden,  maximaal op elkaar worden afgestemd.

 

Westelijke Balkan

Raad heeft ook nu weer een strategische discussie gehouden over de betrekkingen van de EU met de zes landen van de Westelijke Balkan, met name Albanië, Bosnië-Herzegovina, Kosovo, Montenegro, Noord-Macedonië en Servië - deels ook in aanwezigheid van hun ministers van Buitenlandse Zaken.

De Raad stond onder meer stil bij de gevolgen van de oorlog in Oekraïne op de landen van de Westelijke Balkan en de invloed van landen als Rusland en China. België, bij monde van de Benelux, riep de ministers op om, nu we samen de gevolgen ondergaan van de oorlog in Oekraïne, ook samen actie te nemen om de Europese normen en waarden te verdedigen, op te treden tegen desinformatie en propaganda, economische en energieafhankelijkheid aan te pakken en de stabiliteit op ons continent nog te versterken. “Het verheugt ons dat het merendeel van onze partners van de Westelijke Balkan zich sinds dag één volledig aligneren met het antwoord van de Europese Unie op de Russische agressie tegen Oekraïne”, aldus minister Clarinval. “Volledige alignering is ook wat we verwachten van onze zes partners.”

In de huidige context is het voor België des te belangrijker ons politieke engagement te blijven benadrukken tegenover de Westelijke Balkan, en concreet vooruitgang te boeken in belangrijke EU-integratiedossiers als dat van Noord-Macedonië en Albanië. Een bilateraal geschil dat het openen van onderhandelingen met Noord-Macedonië al te lang in de weg staat, moeten voor ons land zo snel mogelijk worden opgelost.

Wat de politieke ontwikkelingen in Bosnië-Herzegovina betreft, waarop begin oktober verkiezingen worden georganiseerd, is het voor België van groot belang dat de éénheid, de soevereiniteit en de territoriale integriteit worden bewaard, en de gelijkheid en non-discriminatie van de inwoners gegarandeerd zijn. 

© Thomas Daems© Thomas Daems