David Clarinval steunt de voorgestelde beslissing van Europa tegen wereldwijde overcapaciteit in de staalindustrie
Minister Clarinval juicht het nieuwe voorstel toe van de Europese Commissie dat gepresenteerd werd om een nieuw handelsbeschermingsinstrument te introduceren ter vervanging van de huidige beschermingsmaatregel, die in 2026 zal aflopen. Dit instrument moet het mogelijk maken Europese staalproducenten beter te beschermen, omzeiling te voorkomen en de traceerbaarheid van de import te versterken.
De problemen op het vlak van overcapaciteit bevinden zich niet alleen op het Europese niveau. Zij zijn een grote bekommernis op wereldschaal. Op 10 oktober 2025 werd het Wereldforum over de overcapaciteit in de staalindustrie (GFSEC) gehouden in de marge van de vergadering van de ministers van Handel en Investering van de G20 in Zuid-Afrika. Deze ministeriële vergadering, voorgezeten door Australië, bracht de 28 leden van het Forum, dat is ondergebracht bij de OESO, samen om de wereldcrisis door de overcapaciteit in de staalindustrie en de gevolgen ervan voor handel en economie te bespreken. De gesprekken gingen met name over de strijd tegen het omzeilen van handelsmaatregelen, wat een grote zorg is geworden voor alle leden. China en India, de grootste staalproducenten in de wereld en geen leden van dit Forum, werden in het bijzonder beoogd door deze maatregelen.
De gesprekken op het Forum waren erop gericht een akkoord te bereiken over concrete maatregelen, met name via een versterkte opvolging van de oorzaken van de overcapaciteit en een scherpere controle op oneerlijke praktijken, zoals omzeiling.
Minister Clarinval ijvert al vele maanden voor een versterking van de handelsbeschermingsinstrumenten ten aanzien van dumping en illegale subsidiëring, alsook voor een ambitieuze internationale samenwerking om alle grote producenten meer te responsabiliseren:
“Het is van essentieel belang om Europa te voorzien van een robuust handelsinstrument dat snel en efficiënt is en dat de omvang van de sociale dumping aankan. Vandaag is er een overcapaciteit in de staalindustrie van meer dan 600 miljoen ton, en die zou tegen 2027 720 miljoen kunnen bereiken. Dit onevenwicht zet de prijzen onder druk, verstoort de handel en destabiliseert onze markten. We moeten daarom collectief optreden om opnieuw te zorgen voor eerlijke concurrentievoorwaarden. Sinds ik minister van Economie werd, heb ik de staalsector voortdurend verdedigd tegen oneerlijke praktijken. Samen met meerdere lidstaten hebben wij een duidelijke boodschap bezorgd aan de Commissie, die geluisterd heeft naar onze bezorgdheden. De Europese Unie lijkt eindelijk de omvang van de uitdaging in te zien. Het politieke signaal is volstrekt ondubbelzinnig: onze staalsector beschermen, dat is onze jobs beschermen, onze strategische autonomie en ons vermogen om de Clean Transition te doen slagen.”
Een strategische sector voor België en Europa
In België is de staalsector nog goed voor 10.000 directe en 25.000 indirecte jobs, tegen meer dan 17.000 directe jobs twintig jaar geleden. Deze evolutie illustreert de impact van oneerlijke concurrentie en internationale druk.
Staal is een strategische grondstof bij uitstek en ondersteunt alle industriële waardeketens. De competitiviteit van deze sector, die gebaseerd is op beschikbaarheid, kwaliteit en innovatie, is bepalend voor de prestaties van cruciale industrieën, van de bouw- tot de automobielsector.