Europese Raad van Landbouwministers : het nieuwe GLB krijgt vorm met respect voor de Belgische realiteit
Na bijna twee dagen onderhandelen hebben de 27 Europese ministers van Landbouw en Visserij een standpunt ingenomen over het nieuwe Gemeenschappelijke Landbouw Beleid (GLB). Het nieuwe GLB zal naar verwachting in 2023 van kracht gaan Het zal de duurzaamheid van de landbouwsector moeten blijven waarborgen om de voedselzekerheid te garanderen, de inspanningen ter bescherming van het milieu te versterken en tegelijkertijd de sociaal-economisch weefsel van de plattelandsgebieden in stand te houden.
Volgens het akkoord dat dinsdag om 4.30 uur werd goedgekeurd, zullen de landbouwers aan ambitieuzere milieunormen moeten voldoen dan het huidige kader om aan de klimaat- en milieudoelstellingen te voldoen. De compromistekst voorziet echter in een vereenvoudiging van de controle op de naleving van de randvoorwaarden voor landbouwbedrijven van minder dan 10 hectare.
Bovendien is in het uiteindelijke compromis een eco-regeling opgenomen die nu in de 1e pijler verplicht wordt gesteld. Het is de bedoeling dat landbouwbedrijven extra financiering krijgen als ze verder gaan dan de basisnormen voor het klimaat en milieu. De tekst bepaalt dat 20% van de 1e pijler hieraan wordt besteed, maar met enige flexibiliteit in de berekening met het oog op de inspanningen die in de 2e pijler worden geleverd.
De federale minister David Clarinval, de Vlaamse minister Hilde Crevits en de Waalse minister Willy Borsus presenteerden eveneens een aantal belangrijke richtlijnen tijdens de Europese Raad in Luxemburg die deze woensdagochtend ten einde liep. Zo riep België op tot voldoende aandacht voor jonge boeren om onze land- en tuinbouw op lange termijn in stand te houden. Daarnaast pleitte ons land voor efficiënte hulpmiddelen ter ondersteuning van ondernemingen die hun model willen veranderen of diversifiëren.
Wat het instrument van de herverdelende steun betreft, was België voorstander van een meer eerlijke verdeling van de steun onder de landbouwers, rekening houdend met het belang van de actieve arbeidskrachten op de landbouwbedrijven. Daartoe heeft België de mogelijkheid gevraagd en gekregen om het maximum aantal hectaren toe te passen op het niveau van de leden van rechtspersonen en groepen van natuurlijke personen, zoals momenteel mogelijk is.
Ons land heeft ook aangedrongen op de noodzaak om de vangnetmechanismen in geval van een crisis te actualiseren door de bepalingen van de gemeenschappelijke marktordening uit te breiden met maatregelen voor crisisbeheer. Uit eerdere crises is namelijk gebleken dat er een absolute noodzaak is om de marktondersteuningsmechanismen te versterken.
Tot slot heeft België ook de toestemming van Europa gekregen om in Vlaanderen en Wallonië het GLB vorm te geven in functie van de eigen noden van beide Gewesten, aangezien ze beiden een andere landbouwrealiteit kennen.
Het onderhandelingsproces, dat bekend staat als de trialoog, tussen de Raad, het Europees Parlement en de Commissie kan nu beginnen. De resultaten van deze onderhandelingen, die in het voorjaar van 2021 worden verwacht, zullen de wettelijke bepalingen van het volgende GLB verfijnen.
David Clarinval : “Het was voor ons van groot belang dat deze nieuwe visie op het gemeenschappelijk landbouwbeleid in overeenstemming bleef met de realiteit in ons land. Ik ben dan ook blij met het resultaat dat we hebben kunnen bereiken door de krachten te bundelen met mijn gewestelijke collega's. De stemming die we hebben gehouden zal België in staat stellen om de toekomst van onze landbouwers zo goed mogelijk veilig te stellen door voldoende flexibiliteit te hebben om zo goed mogelijk tegemoet te komen aan hun behoeften en aan de specifieke kenmerken van Wallonië en Vlaanderen. De Raad heeft ook gezorgd voor een eerlijk en rechtvaardig inkomen voor de boeren en hun gezinnen, wat ook voor ons zeer belangrijk was."
Hilde Crevits : “België heeft gevraagd om voldoende solide instrumenten om de duurzaamheid van onze land- en tuinbouwbedrijven te versnellen. Daarnaast is het essentieel dat we voldoende steun kunnen bieden aan jonge boeren om onze land- en tuinbouw in Vlaanderen op lange termijn veilig te stellen. Het standpunt van de Raad bepaalt nu dat de lidstaten instrumenten kunnen verschaffen om jonge landbouwers aan te trekken voor het beroep, maar ook om hen actief te ondersteunen bij hun commerciële activiteiten. Daarnaast is ook de mogelijkheid ingevoerd om steun te verlenen aan boeren die hun bedrijf moeten aanpassen aan bijvoorbeeld nieuwe wettelijke milieunormen. Het is ook belangrijk dat we over voldoende instrumenten beschikken om bedrijven die hun bedrijfsmodel willen veranderen of diversifiëren, te ondersteunen. Er is nu meer ondersteuning voor training en advies voor bedrijven.”
Willy Borsus : “België heeft tijdens de onderhandelingen gestreden voor een eenvoudiger, veerkrachtiger en crisisbestendiger GLB. Het is belangrijk dat het Europese kader van het GLB de lidstaten flexibiliteit kan bieden om de doelstellingen te bereiken die in het strategisch plan van Wallonië zullen worden vastgelegd. We zullen in de komende onderhandelingen tussen het Europees Parlement en het Duitse voorzitterschap worden gemobiliseerd om nog verder te gaan in de crisisbeheersingsmaatregelen die voor onze fokkers en boeren een absolute noodzaak zijn.”