David Clarinval is tevreden met de Belgische aanvraag voor de status "vrij van Afrikaanse varkenspest"
Op dinsdag 27 oktober, een jaar na de laatste vastgestelde viruscirculatie bij everzwijnen, heeft België via het FAVV een verzoek ingediend bij de Europese Commissie om alle beperkingsgebieden "Afrikaanse varkenspest" (AVP) op te heffen. Er is ook een aanvraag voor een ziektevrije status voor alle suidae (varkens, everzwijnen in het wild en in gevangenschap) ingediend bij de Wereldorganisatie voor diergezondheid (OIE). Dit zal het met name mogelijk maken de onderhandelingen te hervatten met derde landen die een embargo hadden ingesteld op Belgisch varkensvlees.
In september 2018 werd Afrikaanse varkenspest (AVP) ontdekt bij everzwijnen in de bossen in het zuiden van de provincie Luxemburg. Zeer snel werden de gebieden afgebakend overeenkomstig de regelgeving van de Europese Unie. Het FAVV en het Waals Gewest hebben vervolgens, elk in het kader van hun bevoegdheden en in uitstekende samenwerking, een reeks strenge beheersmaatregelen genomen om het AVP-virus op Belgisch grondgebied uit te roeien en de verspreiding ervan in de varkensbedrijven te voorkomen.
Deze bijzonder aanzienlijke inspanningen hebben hun vruchten afgeworpen: sinds september 2019 zijn er geen aanwijzingen meer van nieuwe infecties of circulatie van het virus bij everzwijnen. Daarnaast is de Belgische varkenspopulatie gevrijwaard van elke besmettingsvorm.
Op basis van deze resultaten heeft België een dossier ingediend bij de Europese en internationale instanties (OIE) met het oog op een terugkeer naar de situatie van vóór september 2018.
In de praktijk resulteert dit in het volgende:
Verzoek tot opheffing van de Europese zones
Sinds 2018 en de ontdekking van de eerste positieve AVP-gevallen, werd een eerste perimeter van 63.000 hectare (de zogenaamde "besmette zone") bepaald door de Europese Commissie, op voorstel van België, na overleg tussen het FAVV en de Waalse Overheidsdienst (SPW). Door de evolutie van de ziekte op het terrein werd de zone-indeling vijf keer herzien.
Twee jaar na de ontdekking van deze eerste positieve gevallen heeft het FAVV dan ook een formeel verzoek tot opheffing van deze zones ingediend, wat overeenkomt met een verzoek om een ziektevrij status op Europees niveau. De Commissie zal dit verzoek, dat naar verwachting in november zal worden goedgekeurd, bestuderen.
Aanvraag voor de AVP-vrije status bij de Wereldorganisatie voor diergezondheid (OIE)
Toen AVP bij wilde everzwijnen opdook, had België ook zijn status "vrij van AVP bij alle varkens" (die varkens en wilde en gedomesticeerde everzwijnen omvat) bij de OIE verloren, waardoor het zijn AVP-vrije status alleen voor gedomesticeerde varkens heeft kunnen behouden.
Het onmiddellijke gevolg van het verlies van deze status was de invoering van embargo's en/of de onmogelijkheid om onze vleesproducten en andere varkensproducten naar tal van derde landen te exporteren, wat aanzienlijke economische verliezen voor de varkenssector met zich meebracht.
Net als voor de Europese Commissie heeft België daarom een aanvraag ingediend voor een AVP-vrije status voor alle suidae in België. Dit is de best mogelijke status. Het is momenteel onmogelijk te voorspellen wanneer deze aanvraag door de OIE zal worden goedgekeurd.
Embargo’s en herbevolking
De aanvaarding van deze twee verzoeken opent de deur naar onderhandelingen met tal van derde landen die een embargo op Belgisch varkensvlees hadden ingesteld. De voorbije twee jaar hebben vier landen (India, Vietnam, Singapore en Kazachstan), dankzij de dynamische inspanningen van het FAVV, hun embargo al opgeheven. Anderen zullen dit doen zodra de vrije status bij de OIE is hersteld. Voor andere landen, waaronder enkele van de belangrijkste, zal dit slechts een voorafgaande, maar niettemin essentiële stap zijn in de richting van het openen van onderhandelingen om het embargo op te heffen.
Bovendien zijn bij het uitbreken van AVP eind september 2018 alle varkens in het oorspronkelijke besmette gebied preventief geslacht om de verspreiding van de ziekte op varkensbedrijven te voorkomen. De herbevolking werd er verboden en de federale regering en het Waalse Gewest keerden een vergoeding uit. Na de gunstige ontwikkeling van de situatie zal dit verbod binnenkort worden opgeheven.
Toch blijft waakzaamheid geboden. Het varkenspestvirus, dat in Oost-Europa aanwezig is en zich blijft verspreiden, werd afgelopen september in Duitsland aangetroffen. Het werd ontdekt bij everzwijnen in het oosten van het land, in de deelstaat Brandenburg, op de grens met Polen. België moet dus, net als alle Europese landen, zeer waakzaam blijven om een tweede introductie te vermijden.
Om te voorkomen dat de ziekte bij everzwijnen opnieuw voorkomt en hoewel de ziekte als uitgeroeid wordt beschouwd, handhaaft het Waalse Gewest de toezichts- en controlemaatregelen in het zuiden van de provincie Luxemburg. Deze zullen geleidelijk worden afgebouwd, volgens een vooraf vastgestelde strategie.
Tot nu toe is alleen Tsjechië erin geslaagd de ziekte op zijn grondgebied uit te roeien. België heeft dezelfde strategie gevolgd en is, hoewel het geconfronteerd wordt met een ingewikkeldere situatie op het terrein, bezig hetzelfde te doen. Er zijn reeds voorbeelden van de effectiviteit en het succes van de strategie.
“Het kunnen indienen van deze twee aanvragen tot normalisatie van de toestand in ons land, amper twee jaar na de uitbraak van de ziekte, leek misschien utopisch aan het begin van de epidemie”, vat David Clarinval, de minister van Landbouw, samen. “Toch zijn we zo ver, en ik ben het FAVV en het Waalse Gewest dankbaar voor hun gezamenlijke acties. Deze hebben het mogelijk gemaakt, elk in het kader van hun eigen bevoegdheden, om de verspreiding van de ziekte bij de varkensbedrijven te vermijden en de ziekte uit te roeien bij de everzwijnen. De strijd is nog niet gestreden, maar de betrokken varkenshouders kunnen op onze vastberadenheid rekenen om onze aanvragen bij de internationale instanties zo snel mogelijk tot een goede einde te brengen.”
“De voorbereiding die we voor de crisis hadden opgezet, de mobilisatie van de expertise van de federale veterinaire diensten inzake epidemiologie en crisisbeheer, gecombineerd met de kennis en expertise van het Waalse Gewest inzake wilde everzwijnen en de uitzonderlijke middelen die opgezet werden (en dit alles in een perfecte samenwerking), hebben ons toegelaten om samen resultaten te boeken, waar we twee jaar geleden niet op durfden te hopen”, juicht het FAVV van zijn kant toe. Het Agentschap voegt toe: “een snelle goedkeuring van deze instellingen te verwachten” en besluit dat “er nog werk aan de winkel is, er extreme waakzaamheid blijft geboden ten opzichte van de ziekte en er nog zeer belangrijke inspanningen zullen moeten worden geleverd om alle embargo’s op te heffen.”