Het wetsontwerp van de minister van Zelfstandigen, David Clarinval, om het mechanisme voor het crisis-overbruggingsrecht permanent te maken, aangenomen in de plenaire vergadering van de Kamer van Volksvertegenwoordigers
Op 11 mei 2023 hebben de leden van de Kamer van Volksvertegenwoordigers een wetsontwerp van minister Clarinval aangenomen ter invoering van een tijdelijk crisiskader overbruggingsrecht in geval van noodsituaties.
De laatste jaren werden de zelfstandigen in ons land geconfronteerd met een reeks crisissen (het coronavirus, de overstromingen, de crisis ten gevolge van het conflict in Oekraïne). De regering heeft systematisch gereageerd met specifieke maatregelen om de getroffen zelfstandigen te ondersteunen.
Het overbruggingsrecht, voorheen weinig bekend en weinig gebruikt, is zo een onmisbaar instrument geworden in het kader van het crisisbeheer. Naarmate de crisis vorderde, werden de modaliteiten van het overbruggingsrecht en het toegekende financiële bedrag aangepast. Daarom was het belangrijk om in de toekomst een algemeen crisiskader voor het overbruggingsrecht te creëren.
Het in de plenaire vergadering aangenomen wetsontwerp beoogt derhalve een crisiskader vast te stellen dat een snelle activering van het overbruggingsrecht in noodsituaties mogelijk maakt en tegelijkertijd een zekere flexibiliteit waarborgt om de steun aan te passen aan de ernst en de duur van de crisis.
De richtlijnen worden in dit document uiteengezet, maar de concrete modaliteiten zullen worden bepaald bij koninklijk besluit dat in de Ministerraad wordt besproken wanneer deze steunmaatregel moet worden geactiveerd. Dit crisiskader kan dus worden geactiveerd bij sociale en/of sociaaleconomische noodsituaties zoals
- gebeurtenissen met zware economische gevolgen die niet beperkt blijven tot één sector en de nationale context overstijgen;
- gebeurtenissen die het nationale, regionale of lokale sociale weefsel in meerdere facetten treffen.
De zelfstandige zal aan verschillende cumulatieve voorwaarden moeten voldoen om het financiële voordeel van het overbruggingsrecht te kunnen aanvragen, namelijk:
- de onderwerping bewijzen in de 4 kwartalen voorafgaand aan het kwartaal waarin de aanvraag wordt ingediend;
- zelfstandige of helper zijn in hoofdberoep of meewerkende echtgenoot zijn;
- gedurende ten minste vier kwartalen van een referentieperiode van 16 kwartalen sociale bijdragen hebben betaald of pensioenrechten hebben opgebouwd. Een versoepeling tot twee kwartalen is voorzien voor beginnende zelfstandigen.
- de hoofdverblijfplaats in België hebben.
Volgens het wetsontwerp kunnen sommige van deze voorwaarden bij koninklijk besluit worden gewijzigd.
De duur van het kader voor noodsituaties zal eveneens bij koninklijk besluit worden vastgesteld, maar mag niet langer zijn dan 3 maanden en kan worden verlengd voor opeenvolgende periodes van dezelfde duur.
De aanvraag zal worden ingediend bij het sociaal verzekeringsfonds van de betrokken zelfstandige.
Minister Clarinval licht toe: "Deze door de Kamer aangenomen tekst is het resultaat van een lang wetgevend proces om het mechanisme van crisis-overbruggingsrecht permanent te maken. Na de talrijke crisissen van de voorbije jaren was het onze plicht om, in het belang van de rechtszekerheid en de voorzienbaarheid, te zorgen voor een algemeen kader dat een snelle activering van deze steunmaatregel voor onze zelfstandigen mogelijk maakt.”